Lagers

Historie van lagers
De oorsprong van lagers
Rond het jaar 1500 ontwierp Leonardo da Vinci een vroege versie van het kogellager. Zijn ontwerp bestond uit een glijring met acht gladde ballen die vrij konden bewegen, bedoeld om de wrijving tussen twee palen te verminderen. Deze uitvinding was bedoeld voor zijn helikopterproject en wordt beschouwd als een van de eerste pogingen om wrijving in mechanische systemen te minimaliseren.
John Harrison en de eerste praktische toepassing van kogellagers
Tussen 1740 en 1750 ontwikkelde de Engelse klokkenmaker John Harrison een bruikbaar kogellager voor zijn H3 marine chronometer. Deze klok was ontworpen om nauwkeurige tijdmetingen op zee mogelijk te maken, wat essentieel was voor het bepalen van de lengtegraad tijdens lange zeereizen. Harrison's uitvinding wordt beschouwd als een belangrijke mijlpaal in de geschiedenis van lagers.
De industriële revolutie en de standaardisatie van lagers
Tijdens de industriële revolutie nam de vraag naar betrouwbare lagers toe, vooral met de opkomst van motoren en de auto-industrie. In 1907 richtte de Zweedse ingenieur Sven Wingquist de Svenska Kullagerfabriken (SKF) op, na het verkrijgen van een patent op een zelfinstellend dubbelrijig kogellager. Deze uitvinding leidde tot een snelle groei van SKF en droeg bij aan de standaardisatie van lagers wereldwijd.
Moderne standaarden
Tegenwoordig zijn lagers gestandaardiseerd volgens internationale vormen zoals ISO, DIN (Duitsland), AFBMA (VS) en JIS (Japan). Deze standaardisatie zorgt voor uitwisselbaarheid en consistentie in kwaliteit en prestaties, ongeacht de fabrikant. Lagers zijn nu essentieel in diverse industrieën, van de auto-industrie tot de lucht- en ruimtevaart.